Ons leven in Den Helder is met het overlijden van boxer Momo verdrietig gestart. Het jaar 2020 beloofd een gelukkig jaar te worden met de komst van boxer Oele. Op 30 januari is het zover: een pup halen. We merken dat we al heel lang geen pup in huis hebben gehad en bereiden ons op het ergste voor…
Dat voorbereiden begint met hekwerk.
Er wordt extra hekwerk in de tuin aangebracht en wel zo dat het later op de Leijloop weer te gebruiken is. Ook in huis beschermen we wat ons dierbaar is met hekjes. En dan is het vooral zelfbescherming voor een ondernemende pup, zoals stoeltjes waar ze af kan vallen en planten waar ze ziek van kan worden. Kortom: we zijn Oele-proof!
Later blijkt dat Oele eigenlijk een heel lief en gevoeglijk hondje is: één keer een duidelijk ‘nee’ is (bijna altijd) genoeg om haar van planten en stoelen te houden. Behalve van het bed. Dat is tot op de dag van vandaag dé plek om lekker rustig en uitgestrekt te slapen. Dat hebben we vooral aan onszelf te danken, beseffen we. Want ja: ze heeft de eerste dagen (lees: weken) knus naast ons in bed geslapen.
Dat Oele slim is hebben we ook gemerkt: na een ‘opvoedpoging’ wat betreft het slapen (en spelen) op bed kom ik haar op een gegeven moment druk in de weer tegen met… ons dekbed! Ze moet hebben bedacht dat het liggen op ons dekbed wél zou moeten mogen als alles in haar mand ligt…
We kunnen niet klagen over doorwaakte nachten met een luid gillende pup, poep komt al snel keurig in de tuin terecht en de fout gedropte plasjes zijn ook te overzien.
We beseffen ons dat we een gouden pup in huis hebben. Behalve als ze voor de honderdste keer in onze armen of tenen bijt. Want dat is wel een dingetje; het gelukskoordje om mijn pols blijkt het állerleukste speeltje ter wereld te zijn. Helaas zit die zelfde pols nog wel eens in de weg als er vrolijk naar het bandje gehapt wordt… au!
We vonden het wel toepasselijk om ze met elkaar te laten kennismaken in onze ‘nieuwe tuin’. We weten dat Canny een ‘eerlijke’ hond is, ook met pups. En toch he… toch vinden we (lees: Marina vooral 😉 ) het eng.
De kennismaking met Canny is nog wel een dingetje. Haar hele leven is zij eigenlijk ‘de pup in huis geweest’ en we hebben gemerkt hoe ze genoot van het leven als ‘hond alleen’. Ze vindt de nieuwe indringster niet echt een gouden greep. Ze gromt en grauwt bij iedere toenadering. Maar, als het er op aankomt: kom niet aan die rot pup want het is nog altijd háár rotpup!
En voor we het weten slapen ze met elkaar in de mand. Wie kan Oele nu niet weerstaan?
We komen te wonen aan de Leijloop
Je zou het bijna vergeten, maar onze straat mag dan wel in ons hoofd bestaan, ‘in het echt’ is het niet meer dan een schelpenpaadje. De straatnaam en de postcode moeten nog worden vastgesteld. In de hele buurt hebben de straten een naam van een Noord Brabantse rivier of iets anders waterigs. In de wandelgangen horen we namen vallen als Almpad, Runpad, Achterpad en Leijloop. Ik ben zo blij als we horen dat we aan de Leijloop komen te wonen! En de postcode is helemaal leuk: GideonMarina. De Leijloop is een heel klein kreekje in Noord Brabant. We hebben nog steeds het plan om er ergens in de buurt een weekendje onze tent op te slaan.
Maar we wonen er nog niet, en langzaam maar zeker beginnen we ons te realiseren dat het proces veel langer duurt dan iedereen graag wil. We zijn, als het gaat om klein wonen en weinig bezit, echt het wiel aan het uitvinden. Soms word ik er moedeloos van en bedenk me dat we ook nu prachtig wonen. Niet op de plek waar we het allerliefste willen wonen, maar… het is eigenlijk prima.
Met uitzicht op het natuurgebied Mariëndal genieten wij (en de honden) iedere dag van de natuur dichtbij. Het gelach van de mensen die vanuit de Helderse Vallei met kano’s proberen om een rondje door het prachtige natuurgebied en de stad te peddelen, de lichtroute met prachtige lichtkunst en de 3D streetart in het centrum.
Den Helder saai? hahahahahhaa!
In het volgende blog:
Ook nu blijkt ‘het verre noorden’ ook een veilige thuishaven te zijn; als stad ontspringen we de dans niet, maar wat betreft Corona blijft het betrekkelijk rustig. Het is opmerkelijk hoe iedereen zich aan de regels probeert te houden. 5 mei, dodenherdenking, zal ik niet licht vergeten. De vlag in de tuin halfstok, de sonos installatie in de vensterbank en onze buren allemaal in en rond onze achtertuin om de minuut stilte samen te beleven.
Wil je dit blog (en al de komende blogs) niet missen? Dan schrijf je je nu meteen in en sturen we iedere week (als er nieuws is) een blog rechtstreeks je mailbox in. Voor jou zit er natuurlijk ook een voordeeltje aan: de uitnodigingen voor bezichtigingen en activiteiten vanuit de Falgatuinen sturen we je ook via deze weg!
En dan nog even dit…
Langskomen tijdens de bouw of als ons huis klaar is? Je kunt je inschrijven voor de blogs; dan sturen we je ieder nieuw blog automatisch toe! Als we gesetteld zijn komt de uitnodiging om te kijken óók via die weg. Een extra reden om je gegevens achter te laten! Inschrijven doe je op de website, onderaan het blog… 😉
Meteen regelen? Dat kan ook: https://emm86806.activehosted.com/f/236
Klein wonen, lage kosten, weinig of geen bezit, tijd en ruimte voor dat wat we in de laatste jaren van ons werkzame leven willen doen: zorg verlenen op een persoonlijke en betrokken manier.In deze tijd hebben we de banken als enorm coöperatief ervaren bij het zoeken naar mogelijkheden bij zo’n nieuw woonconcept.
Maar, als we nu, een jaar later terugkijken, kunnen we ook niet anders zeggen dat we in dit proces ook stap voor stap verder komen te staan van het oorspronkelijke idee; geen of weinig hypotheek. Het idee over klein wonen staat nog steeds fier overeind, de financiën worden wel anders.
Dat is geen klacht trouwens. Samen met de gemeente en de woningstichting ontdekken we gaandeweg dat we met elkaar in een project zijn gestapt waar je regelmatig ‘de bakens moet verzetten’. Dat geldt niet alleen voor ons maar voor alle ‘FalgaBuren’ die met ons in dit project gestapt zijn. Alle buren ervaren – ieder op een eigen manier – dat het niet altijd gaat zoals je gedacht of gepland had. Omdat wet- en regelgeving je ideeën doorkruist, omdat je een ander beeld had bij het ‘Tiny Leven’ of omdat bijvoorbeeld je vergunning niet zomaar afgegeven wordt of zelfs teruggetrokken tijdens de bouw.
Wat ons betreft zijn het eigenlijk alleen de financiën die het extra spannend maken. Onze omgevingsvergunning lag ruim binnen 6 weken op de digitale deurmat. Dit tot onze grote verbazing trouwens; in ons achterhoofd hadden we rekening gehouden met veel mailverkeer heen en weer en misschien zelfs aangepaste tekeningen die ingediend zouden moeten worden. Niets van dat alles: onze architect Vincent van Leent en de constructeur Co van den Brink hebben samen geweldig werk geleverd.
Het offertetraject is nu nog in volle gang, dat krijg je als een vergunning zo snel gegeven wordt: de tijd die je denkt te hebben om rustig te gaan rekenen wordt op een prettige manier doorkruist.
Wat betreft die offertes zijn we blij met alle meedenkende mensen; Vincent, onze architect die over onze schouder meekijkt maar ook de aannemers die we benaderd hebben. Al heel snel komen we met elkaar tot de conclusie dat een Tiny House bouwen op veel fronten niet heel erg onder doet voor de bouw van een ‘gewoon’ huis. Als je niet uitkijkt zeker wat betreft de kosten.
Gelukkig hoort ‘zelf aan de slag gaan’ ook bij het concept Tiny House. Al moeten veel toeleveranciers daar nog aan wennen; inmiddels zijn we wel gewend geraakt aan het ontvangen van een offerte waar ook de zaken die we zelf gaan doen nog vrolijk vermeld staan als onderdeel van de uit te voeren werkzaamheden…
En over ‘zelf aan de slag gaan’ gesproken…
In samenspraak met de beste bibliotheek ter wereld, want die hébben ‘we’ in Den Helder gewoon, geef ik een inkijkje over onze weg van de eerste overwegingen om in een Tiny House te gaan wonen tot aan de verhuizing naar Den Helder. Dit klinkt heel kort: huis verkopen, spullen pakken en op een andere plek weer uitpakken. Onze volgers weten inmiddels dat er tussen ‘huisverkopen’ en ‘spullen pakken’ fiks is ‘ontspuld’; ruim 80% van onze huisraad is niet meegaan met de verhuisauto.
Gelukkig maar… want tijdens de verhuizing… ging de verhuiswagen kapot!
In het volgende blog:
Ons leven in Den Helder is met het overlijden van boxer Momo verdrietig gestart. Het jaar 2020 beloofd een gelukkig jaar te worden met de komst van boxer Oele. Op 30 januari is het zover: een pup halen. We merken dat we al heel lang geen pup in huis hebben gehad en bereiden ons op het ergste voor…
Alle informatie over Klein Wonen: dat vind je in het gelijknamige Magazine. Interviews met gelijkgestemden, tips en advies en blogs van bekende en minder bekende TinyHouse bewoners. Klein Wonen Magazine ontvang je ieder kwartaal gratis in je mailbox!
Klein Wonen Magazine is hét digitale tijdschrift voor alle liefhebbers van klein wonen in Nederland en Vlaanderen. Iedere drie maanden biedt Klein Wonen Magazine haar lezers interviews, achtergrondverhalen, columns, fotoreportages en nieuwtjes over tiny houses, van life, bewoners, de laatste ontwikkelingen op het gebied van klein wonen, zelfbouw, projecten en het buitenleven rond kleine woningen.
Den Helder is een saaie stad. Een grijze stad, een grauwe stad, een stad met maar weinig verhalen die de moeite waard zijn. Ik weet wel beter. Ik groeide op in een stad met littekens. Geen enkele stad werd tijdens de Tweede Wereldoorlog zo vaak gebombardeerd als mijn Den Helder. Als kind had ik daar natuurlijk geen idee van, maar kreeg de oorlog wel een gezicht door de vele bunkers die over het landschap uitgestrooid lijken te zijn. Kleine verstopte bunkertjes, de grote imposante: ze waren allemaal even spannend om omheen te spelen of stiekem even binnen te gluren. Die oorlogsgeschiedenis zie je echter op verschillende plekken terug en vertelt het verhaal van een stad die heel veel te verduren kreeg. In de tweede aflevering van ‘Den Helder, helemaal het einde’ gaan wij op zoek naar de verhalen achter het gehavende en ogenschijnlijk saaie Den Helder.
Je kunt via Spotify de afleveringen meteen beluisteren. Meer over Florine en Thijs, de makers >>
Den Helder is een stoere stad, een rauwe stad, een stad met littekens. Ze is ook dapper, bescheiden en – zoals we later zullen zien – heel interessant. Maar mooi? Zo wordt mijn stad maar zelden genoemd. Toch is de schoonheid van Den Helder altijd mijn eerste argument in de strijd om haar eer. Misschien is ze niet fotogeniek genoeg, maar wat geeft dat nou, denk ik dan. Den Helder moet je voelen. In Den Helder heb je frisse lucht, die soms zeer doet aan je longen zo koud. Het is een stad waarin je zorgen wegwaaien en waarin de vele zonuren worden vol geluierd op uitgestrekte nog verlaten stranden. Den Helder een lelijke stad? Dan heb je haar nooit echt een kans gegeven. Ik heb wat schoenen versleten tijdens mijn eindeloze duinwandelingen en schuurde als klein jongetje regelmatig mijn knieën kapot op de ruwe dijk. Met het bloed langs m’n benen kwam ik lachend thuis: ik had weer een zeehondje gespot. Ook later stelde Den Helder nooit teleur. Op de fiets of in de kano gleed ik na een hectische week dwars door de bollenvelden: zo krijg je je hoofd wel leeg. In de eerste aflevering van Den Helder, helemaal het einde gaan we op zoek naar de allermooiste stukken, vaak verborgen, Helderse natuur.
Je kunt via Spotify de afleveringen meteen beluisteren. Meer over Florine en Thijs, de makers >>